Gebouw

Geschiedenis

Section Header

De geschiedenis

Het verhaal van Eperon d’Or begint midden 19e eeuw. Emiel Vandommele is een begaafde leerling van de Izegemse meester-schoenmaker Eduard Dierick, die rond 1830 al laarzen had gemaakt voor de koningen Willem I en Leopold I.

Emiel ontpopt zich als een ambitieus ondernemer en sticht in 1863 het schoenbedrijf Eperon d’Or. Die naam heeft trouwens niets te maken met de Guldensporenslag (Bataille des Eperons d’Or), maar alles met Emiels liefde voor paarden. Zijn keuze voor een Franse firmanaam past perfect in de toenmalige tijdsgeest.

Frans of niet: het gaat Eperon d’Or snel voor de wind. Het bedrijf heeft aanvankelijk geen vaste locatie in de stad en verhuist regelmatig. Niettemin produceren haar 80 werknemers in 1870  toch al 15.000 paar schoenen per jaar.

In 1910 vestigt het bedrijf zich definitief in een eigen fabriek op de huidige locatie aan de Prins Albertlaan. Vandommele en de zijnen hebben zich ondertussen gespecialiseerd in luxeschoenen, vooral voor dames. Izegem profileert zich in die tijd meer en meer als schoenenstad. Het keurmerk ‘Chaussures d’Iseghem’ wordt langzamerhand een garantie voor kwaliteit.

De Izegemse reputatie blijft groeien en Eperon d’Or groeit mee. In 1930 maakt het bedrijf een echt statement, met de bouw van een administratief voorgebouw in art-decostijl. Op dat moment werken er een 180-tal personen bij het bedrijf.

Maar aan alle mooie liedjes komt een eind. Vanaf jaren 1960 gaat de Izegemse schoenensector dramatisch achteruit, onder meer door de felle concurrentie uit Italië en Oost-Europa. Veel bedrijven krijgen harde klappen – ook Eperon d’Or, waar op dat moment de vijfde generatie Vandommele aan het roer staat. In 1967 valt de bijl: het bedrijf gaat failliet.

De gebouwen ontsnappen gelukkig aan de sloophamer. Houtbedrijf Veroutiz koopt de site op en verhuurt lange tijd het voorgebouw aan het bedrijf Vandemoortele. In 1999 wordt het art-decovoorgebouw officieel beschermd als monument. Zes jaar later koopt de stad Izegem het aan. Nog eens zes jaar later, in 2011, komt ook de achterliggende fabriekshal in handen van de stad. Eperon d’Or is klaar voor een heel nieuw leven…